Tags

ambtenaren Amsterdam burgerparticipatie collectieve intelligentie democratische vernieuwing eigenaarschap gebiedsatelier gebiedsontwikkeling gemeenteraad gemeenteraadsverkiezingen grondbedrijven ketenomkering koekoeksklokparticipatie leiderschap lichte sturing lichtheid lokale democratie lokale initiatieven maatschappelijke gebiedsontwikkeling menselijke maat omgevingswet organische gebiedsontwikkeling organisch ontwikkelen participatie participatiesamenleving publiek domein publieke zaak regio Rotterdam samen stad maken schurende verhalen sociaal kapitaal stadhuis op straat stadmakers stadsontwikkeling systeemwereld technocratie tijdelijkheid Utrecht vastgoed verhalen waardecreatie wijkaanpak wonen Zwolle
 

De omgevingswet, de tijdgeest en de burger

Gisteravond mocht ik tijdens een diner georganiseerd door atelier ZZ, waarbij vooral ontwerpers aanwezig waren, iets vertellen over het belang van participatie bij de invoering van de omgevingswet. Daar sprak ik onderstaande tekst uit waarbij ik het niet kon laten om een link te leggen tussen de verkiezing van Donald Trump en de aanpak van de omgevingswet.  Zoals ik in de wereld van ontwerpers wel vaker merk viel dat bij sommigen goed en bij velen veroorzaakte het ongemak. Een aantal beelden over burgerparticipatie die volgens mij niet kloppen leven breed onder ontwerpers. Het beeld dat je ‘gewone’ mensen geen grote strategische vragen op hoger schaaalniveau kunt toevertrouwen, het idee dat burgers er vooral voor hun eigen beperkte belang zitten en ontwerpers en het bestuur daar bovenuit stijgen en het idee dat de expertise van ontwerpers niet meer aan bod komt als burgers zelf dingen oplossen. Mijn ervaring is juist dat burgerfora en burgeinitiatieven heel veel aankunnen, mensen samen spannende belangentegenstellingen aankunnen die de politiek niet aankan en burgers zelf op tijd experts inschakelen om iets te doen dat ze zelf niet aankunnen of overzien. En vooral dat er een interessante kruisbestuiving tussen vele soorten kennis ontstaat als je iedereen serieus neemt. Gelukkig waren er ook mensen die geprikkeld door het verhaal met voorbeelden kwamen over hoeveel dankbaarder het mobiliseren van onze collectieve kracht is ten opzichte van beperkte en reactieve participatie. Dat heeft me weer gesterkt in het idee dat dit echt de weg is om op te gaan bij invoering van de omgevingswet en het in de huidige tijdgeest ook meer dan urgent is. Hier mijn tekst.    (meer…)

8 december 2016
0 reacties
, , , , , , , ,
 

Het activistisch burgerschap van Jane Jacobs

Deze week zag ik de documentaire ‘Citizen Jane’ over de strijd in het New York van 50 jaar geleden tussen activiste en publiciste Jane Jacobs en het machtige hoofd stadsontwikkeling  Robert Moses. Met haar medestanders slaagde Jacobs er in het platgooien van levendige wijken ten gunste van snelwegen, kantoren en woonkazernes tegen te houden. Jane was een goed waarnemer en schreef mooie boeken en artikelen over de kracht van rommelige en diverse steden, buurten en straten. In de film zien we ook het dedain van de grote stedenbouwer voor ‘die huisvrouwen’ die het hem lastig maken. Mooi voorbeeld hiervan uit de film: wanneer  Moses het baanbrekende boek van jacobs ‘the death and life of great american cities’ door de uitgever krijgt opgestuurd, stuurt hij dit terug  met de boodschap geen prijs te stellen op dit soort lekenproza. (meer…)

26 november 2016
0 reacties
, , , , ,
 

Scheiding expert- en bewonersproces als achilleshiel bij maatschappelijke gebiedsontwikkeling

Ik mocht me deze maand in Emmen bemoeien met de herontwikkeling van het terrein van de oude dierentuin. Ik heb ingebracht hoe je dat kunt aanpakken vanuit het principe van organische en maatschappelijke gebiedsontwikkeling. Dat viel redelijk op zijn plek omdat er al wordt ingezet op een geleidelijk ontwikkelproces gebruik makend van wat er al is en op het mobiliseren van lokale denkkracht en cultureel ondernemerschap. En er is geen pretentie om vooraf een ambitieus ontwikkelprogramma voor het gebied te maken. Mooi.
Waar mijn verhaal echter schuurde en tot mooie discussie leidde was mijn zorg over de scheiding tussen expertprocessen en de aanpak met bewoners en initiatiefnemers. Tamelijk klassiek wordt er gewerkt aan vergezichten, ruimtelijke concepten en kwaliteitskaders met ontwerpers en andere specialisten en worden er los daarvan oplopen met bewoners en initiatiefnemers georganiseerd. Waarom is dit in mijn ogen een probleem?

(meer…)

18 november 2016
2 reacties
, , , , , , ,
 

over aangeleerde hulpeloosheid en collectieve intelligentie

Stel je even voor: twee gemeenten met laten we zeggen 100.000 inwoners.  We noemen ze voor het gemak A en B. In beide plaatsen krijgt de werkorganisatie de opdracht om meer  ‘van buiten naar  binnen’ te werken. In plaats A leidt dat tot de reflex om de eigen organisatie te gaan professionaliseren: herijking van functies en rollen, trainingsprogramma’s, bijeenkomsten over ‘de nieuwe werkwijze’, inhuur van experts op dat terrein, opzetten van experimenten en aantrekken van een programmamanager die als speciale taak heeft dit transitieproces te sturen.
In stad B wordt er voor gekozen niets te doen aan dit type professionalisering en wordt er alleen gestuurd op het verkorten van de afstand tussen binnen en buiten: ambtenaren worden geacht alles wat ze doen (met de mensen) in de stad te doen en krijgen het onvoorwaardelijke vertrouwen dat ze dit kunnen. Zij hebben ook korte lijnen naar de politiek. Er wordt in B dus alleen gestuurd op het vloeibaar en wendbaar maken van de organisatie en aan een stevige backoffice voor de mensen die buiten werken. Waar zou u (mee) willen werken: organisatie A of B? (meer…)

13 oktober 2016
6 reacties
, , , , ,
 

Samen stad maken bij grote projecten, kan dat?

Afgelopen zaterdag was er een openbare bijeenkomst over de toekomst van het stationsgebied in Utrecht georganiseerd door het aan dat project verbonden stadslab. Er werd me verteld dat deze dag was georganiseerd naar aanleiding van deze recente raadsmotie over ‘samen stad maken’. Dat deed me deugd want die motie vraagt om een grotere rol voor de samenleving en maatschappelijke doelen in de stadsontwikkeling. En juist bij dit project is dat bepaald niet vanzelfsprekend en valt er nog wel wat te winnen. Zeker omdat er inmiddels de ambitie ligt om dit gebied te ontwikkelen tot een soort van tweede centrum van de stad. Dat gaat ons allen aan dus. Kortom, op een zonnige zaterdag toch maar even in de Jaarbeurs gekropen.
Ik had me aangemeld om over de ontwikkelstrategie voor het gebied mee te praten en zag al snel dat dit project van ver moet komen wil het aan die motie beantwoorden.  Laat ik eens proberen wat ik die dag meemaakte te vertalen in voorstellen die deze afstand wat kleiner kunnen maken. (meer…)

27 september 2016
6 reacties
, , , , , , , , , ,
 

Organisch ontwikkelen, basis of bijproduct van stadsontwikkeling?

Gisteravond was het dan zover. Het debat over de plek van organische gebiedsontwikkeling nu de bouwmachine weer volop begint te draaien. Pakhuis de Zwijger had dit georganiseerd onder de prikkelende titel ‘het einde van organisch ontwikkelen?’ Hier iets over de aanleiding daarvan, een reactie die ik schreef op een blog van Frank ten Have van Deloitte. Ik had als mijn bedrage aan het gesprek een kort verhaal gemaakt in lijn met dat eerdere verhaal. Hier de tekst die ik uitsprak. (meer…)

8 september 2016
9 reacties
, , , ,
 

Ben je van het proces of van de inhoud?

Ik werk vooral in de wereld van stads- en gebiedsontwikkeling en roer me in het publieke debat daarover. Ik krijg dan regelmatig te horen: ‘Frans, je bent toch meer van het proces dan van de inhoud?’ Daar klinkt vaak spijt in door, alsof je daarmee toch de minder interessante kant van de zaak te pakken hebt. Ik word daar altijd wat ongemakkelijk van, want ik vrees dat veel mensen bij het woord proces associaties hebben waar ik me zelf niet zo thuis bij voel. Daarom maar eens die vermeende procesgerichtheid afpellen, aanscherpen en nuanceren om daarna echt met trots te kunnen stellen: ja ik ben meer van het proces dan van de inhoud! (meer…)

5 september 2016
0 reacties
, , , , ,
 

Nog 1 keer over koekoeksklokparticipatie

Vorige week mocht ik een zaal vol omgevingsmanagers van de overheid toespreken over het thema ‘kortsluiting organiseren’. Hoe bouw je smokkelpaden en bruggetjes tussen al die verkokerde werelden en hoe ga je om met de spanning die dat oproept? In een bijzin zei ik ook iets over een van mijn stokpaardjes, de plaag van koekoeksklokparticipatie. De overheid die te lang alles binnenskamers houdt en dan als een koekoeksvogel eventjes naar buiten komt om de burger te horen en dan gauw weer naar binnen. Dat begrip raakte wat en bleef de hele dag rondzingen.
Dat is ook niet gek, want we zien dagelijks het onvermogen van de overheid om een gelijkwaardige en volwassen relatie op te bouwen met de burgers, terwijl de druk toeneemt om het anders te doen. Zie bijvoorbeeld het recente advies van de commissie van den Donk over meervoudige democratie,  het zoveelste met deze boodschap.

Ik kom steeds vaker wanhopige ambtenaren tegen die zich klem voelen zitten tussen de dappere woorden van politici en deskundigen over burgerparticipatie (‘ga de burger maar vragen wat we moeten doen’, ‘en nu echt van buiten naar binnen werken’) en hun eigen niet zo florissante ervaringen met diezelfde burgers: ‘we zien alleen de usual suspects’, ‘het levert niet veel meer op dan we zelf al weten’, ‘ze kijken alleen naar hun eigen achtertuin’, ‘ze zijn onderling verdeeld’, ‘wat je ook doet, ze blijven ontevreden’ enzovoorts.
Een beetje doorvragen levert op dat die ervaringen een hoog ‘wat je er in stopt, krijg je er ook uit’ gehalte hebben. Mensen te laat en reactief betrekken, weinig inspanningen om buiten de usual suspect mensen te ontmoeten, niet weten hoe je inbreng van burgers echt honoreert, participatieprocessen en expertprocessen los van elkaar organiseren, burgers slecht informeren en ondersteunen, afstand houden (‘durven loslaten’) waar burgers een actieve overheid zoeken enzovoorts. Heel wat zaken gaan daar nog mis binnen die koekoeksklok.
Laat ik mijn beeld van hoe het ook kan daar eens tegenover zetten. Wie weet hebben de worstelende ambtenaren en politici daar baat bij. (meer…)

30 juni 2016
5 reacties
, , , , , ,
 

een ecosysteem voor sociaal ondernemerschap

De gemeente Utrecht kwam vorige week met het bericht naar buiten dat ze een groot pand op een van de beste plekken in de stad (het zogeheten “Staffhorstpand’) ter beschikking stelt aan een aantal commerciële bedrijven om er een landelijke hotspot voor sociaal ondernemen te vestigen, de BV ‘social impact factory’. De gemeente gaat het gebouw opknappen en geeft ook nog eens 350.000 euro mee als ‘eenmalige opstartsubsidie’. Vorig jaar had de gemeente al een eenmalige opstartsubsidie verstrekt aan de stichting social impact factory dat in dit nieuwe initiatief opgaat.

Die subsidiebereidheid heeft te maken met het feit dat het gemeentebestuur Utrecht wil profileren als DE stad op het gebied van sociaal ondernemen en (ik citeer de commissiebrief hierover) “door het netwerk en ecosysteem van sociaal ondernemers te versterken en te vergroten worden er meer banen, bedrijvigheid, projecten, stages, leerwerkplekken en dagbestedings- plekken gerealiseerd, in het bijzonder voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Ook verwacht de gemeente dat er met de sociaal ondernemers meer kennis wordt ontwikkeld en uitgewisseld over sociaal ondernemerschap, schaalbaarheid en vergroten van maatschappelijke impact.”

Het leidde op sociale media tot enthousiasme voor dit initiatief maar ook tot  verontwaardigde reacties over zoveel publiek geld steken in iets dat schijnbaar niet in gewone mensentaal uit te leggen valt. En vooral tot kritiek op de voorkeursbehandeling van commerciële bedrijven ten opzichte van sociale ondernemers die zonder deze subsidies op veel minder aantrekkelijke plekken in de stad iets vergelijkbaars doen. Denk aan initiatieven als Vechtclub XL, het Hof van Cartesius, de Metaalkathedraal, de Alchemist, de Pionier en talloze initiatieven in buurten. Het risico is ook nog eens dat dit gesubsidieerde initiatief gaat parasiteren op deze initiatieven omdat ze sociaal ondernemers naar dit bijzondere pand gaan halen.

Ik ben er ook kritisch op omdat ik naast de terechte vragen over voorkeursbehandeling en het parasiteren op andere initiatieven er niet geloof dat dit de goede manier is om aan ‘een ecosysteem voor sociaal ondernemerschap‘ te bouwen. Tijd om ons eens te verdiepen in de basisvragen: wat is sociaal ondernemerschap, wat is een ecosysteem en hoe ontwikkel je dat?

(meer…)

9 juni 2016
23 reacties
, , , , , , , ,
 

Over de spontane stad en het wilde wonen

Twee maanden geleden mocht ik in discussie met architect Carel Weeber. Het thema was participatie. Carel was hiervoor gevraagd omdat hij met zijn pleidooi voor het wilde wonen een  pleitbezorger is voor mensen die hun eigen woning, straat en stad maken. Hij was al een tijd uit Nederland weg en reageerde spontaan op wat hij hoorde over de sloopplannen van de gemeente Rotterdam en de vluchtentelingencrisis. Schandalig vond hij het idee van die sloop, maar als dat toch niet was te stoppen geef die grond dan aan de vluchtelingen om hun eigen stad te maken.
Ik moest daar weer aan denken toen ik zaterdag op de fototentoonstelling van Henk Wildschut ‘Calais, from jungle to city’ in museum FOAM was. De fotograaf kwam zelf iets over zijn project vertellen. Hij had ruim een jaar met tussenpozen gefotografeerd hoe er in de duinen een nieuwe stad ontstond en wilde nu eens niet de ellende laten zien maar de veerkracht van mensen en de kunst van het stadmaken. (meer…)

31 mei 2016
0 reacties
, , , , ,